… staan er niet zomaar.
Voor het wijkblad van juni 2010 schreef toenmalig pastoor Wim Miltenburg een artikel over de bomen op het Bekkerveld.
Die staan er niet zomaar, maar hebben een duidelijke relatie met de kerk en een sterk symbolische waarde.
U kunt het artikel hieronder nog eens nalezen:
Het veld rondom de kerk verdient monumentenstatus Een klein jaar is onze Moeder Annakerk nu officieel rijksmonument. Dat F.P.J. Peutz (1896-1974) de architect is heeft hier zeker toe bijgedragen. De eerste volledig betonnen kerk in Nederland krijgt nog meer karakter door haar ligging. Architect Peutz heeft in het gebouw zelf een rijke symboliek gelegd: een stevig vierkant als basis, dan de octogoon en daarboven de koepel. Dit heeft diepere betekenis: de achthoek verwijst naar “de achtste dag” en de koepel symboliseert iets hemels. Als voorbeeld zal hierbij de Hagia Sophia in Constantinopel (Istanbul) gediend hebben, of dichter bij huis de Dom van Aken.
Ook het veld rondom de kerk ademt de geest van architect Peutz uit. Het vormt een eenheid met het kerkgebouw. Een parochiaan (H.T.) wees me erop, dat het veld rondom de kerk gezien kan worden als een plaats van stilte en hij reikte me onderstaande gegevens aan. Ik maak er dankbaar gebruik van. Het past bij de architect om de ruimte rondom de kerk zo te creëren dat deze uitnodigt om tot zichzelf te komen, om te overdenken, om te komen tot de kern van het bestaan, om tot God te komen …. Het legt tegelijk iets bloot van de ziel van een architect, van zijn geloof en van de rijke symboliek die hij zich eigen had gemaakt. Peutz kende niet alleen de architectuur, maar ook de bijbel en de iconografie en hij was in staat ruimte liturgisch te scheppen.
De dubbele rij kastanjes rondom het veld nodigt uit om ‘al nadenkend’ rond het veld te lopen, te mediteren; het is een soort kloostergang. En deze komt altijd weer bij de kerk uit. Of spiritueler uitgedrukt: een uitgaan van God, om ook weer bij Hem uit te komen.
Niet toevallig zijn het kastanjebomen. Ook zonder veel fantasie herkennen we in de bloeiende kruin vele witte kaarsen!
Aan de oostzijde van de kerk staan tien populieren. Tot voor kort waren het er twaalf! Jammer genoeg heeft men in de winter er twee moeten kappen. Daardoor is de symboliek van het getal twaalf verloren gegaan. Twaalf stevige, goed gewortelde bomen dicht bij elkaar, ‘op de kop van de kerk’. Een aantal dat verwijst naar de twaalf apostelen – of, wie teruggaat op het Oude Verbond: de twaalf aartsvaders. Ze staan aan de basis van ons geloof.
Dichtbij de ingang van de kerk staan zeven populieren; recht naar boven wijzend! Ook bij windstil weer, wanneer er op ‘mensenniveau’ geen luchtverplaatsing meer waarneembaar is, kunnen zij nog ruisen. Alleen zij die de blik naar boven wenden, zien de boomtoppen dan bewegen en alleen zij die stil staan om te luisteren, zijn dan in staat om het ruisen van de wind daarboven te horen. Dit staat voor de Geest, die alleen waarneembaar is voor hen die er voor open staan; voor hen die de tijd nemen om te kijken en te luisteren. “Plotseling kwam er uit de hemel een geraas alsof er een hevige wind opstak, en het vulde heel het huis” (Hand. 2,2).
Niet toevallig zeven populieren. Het getal zeven is een verwijzing naar de zeven gaven van de Heilige Geest; of naar de zeven sacramenten, die genade meedelen, charisma bemiddelen. Zo ontvangen we Gods Geest in allerlei verschillende situaties van het leven – het is een verbinding van het alledaagse met het geloof. Ons godshuis staat niet op zich, maar “beïnvloedt” de omgeving en omgekeerd, zoals geloof en leven op elkaar inwerken. Geen scheiding, maar een in elkaar overgaan; elkaar verrijken.
Kortom: het open veld – tegelijk besloten door de ‘kruisgang van bomen’ – is bedoeld als plek van stilte en meditatie. Het is de voorbereiding en de weg naar ons godshuis, de hoeksteen, zowel van het veld, als van het leven. Ik kan me voorstellen hoe de tuinarchitectuur van het Bekkerveld naadloos aansluit bij de gedachten die Peutz had bij het ontwerpen van de Moeder Annakerk. Moeten we er niet voor pleiten dat niet alleen het kerkgebouw een monument is, maar dat ook heel het veld rondom monumentaal is? Voor iemand die thuis is in de iconografie en de symboliek hoort het Bekkerveld er helemaal bij, als oase van rust en stilte. Zou het in onze lawaaierige en commerciële wereld lukken om het die betekenis te laten behouden? Dat mag ons toch wat waard zijn: zo’n historische, symbolische, zelfs monumentale plek van rust en stilte! Een plaats waar de mens kan terugkeren naar de essentie van zijn bestaan. Terwijl ik dit schrijf denk ik dat ons verlangen daarnaar niet groot genoeg is. Van een hangplek zal Peutz het misschien nog winnen, maar van een circus, en een dance-plek, en Cultura Nova? Toch denk ik dat het Bekkerveld met de Annakerk daarvoor te uniek is, te monumentaal! Ik krijg steeds meer bewondering voor architect Peutz en hoe hij onze kerk heeft neergezet.
Pastoor Wim Miltenburg fso